zuchten, klagen, handhaven, staven, stutten, schoren,...

aanhouden, perpetueren, vervolgen, handhaven,...

aanhouden, handhaven, persevereren, doorzetten,...

harden, handhaven, beweren, persevereren, uitzingen,...

handhaven, bevorderen, opwerpen, dienen

bedekken, helpen, dekken, handhaven, overschaduwen,...

handhaven, zich verweren, staande houden, pleiten,...

handhaven, kameren, onderhouden

opkweken, handhaven, mainteneren, alimenteren,...

aanhouden, handhaven, blijven aandringen, volharden,...

handhaven

aanhouden, vervolgen, voortzetten, handhaven,...

sparen, conserveren, handhaven, opbergen, niet wegdoen,...

handhaven

achterblijven, resteren, aanhouden, duren, sterven,...

aanstaan, perpetueren, enteren, duren, zeuren,...