Vergelijkbare woorden van het woord uitbreken zijn:
afkraken, uitmaken, decamperen, peuteren, opgeven,... | |
wijken, iets ontlopen, ontvlieden, spankeren,... | |
vluchten, iets verlaten, ontkomen, ontvluchten,... | |
bederven, ontzetten, afbreken, verwijderen, neerhalen,... | |
beginnen, ontplooien, ontbolsteren, afscheiden, hakken,... | |
kenen, uiteenbarsten, openbarsten, uitbreken,... | |
lepelen, spits, goal, doelpunt, wissel, stip, uit,... | |
beginnen, uitvallen, losmaken, loslaten, uitbreken,... | |
uitbreken, losdraaien, losgaan, loskomen, ontstrengelen | |
opbreken, uitbreken, uitbarsten, kraken, afscheiden,... | |
uitbreken | |
exploderen, ontladen, losbreken, doorbreken, uitval,... | |
ontspanning, vlucht, uitvlucht, voorwendsel, evasie,... | |
evasie, ontsnapping, vlucht, uitbreken, uitbraak | |
ontsnapping, vlucht, uitbreken, ontvluchting |