Vergelijkbare woorden van het woord passen zijn:
regelen, schikken, voegen, accommoderen, assimileren,... | |
passen, probeer, proberen | |
omtellen, passen, aftelling | |
behoren, conveniėren, horen, inwilligen, schenken,... | |
aanzuiveren, passen, bijleggen | |
braaf zijn, passen, conveniėren, uitkomen | |
vooruitkomen, lopen, weggaan, gelden, marcheren,... | |
schatten, afpassen, afpaling, passen, beoordelen,... | |
afstaan, passen | |
passen | |
aanzien, onderzoeken, overwegen, wagen, bezien, zoeken,... | |
passen, stappen, treden, voetstappen | |
overeind zijn, rechtop zijn, overeind blijven,... | |
treden, pierewaaien, lopen, uitgaan, passen, benen,... | |
aanvangen, hem bejegenen, onderdrukken, zich begeven,... | |
treffen, verschijnen, ontkiemen, ontluiken,... |