Vergelijkbare woorden van het woord spruit zijn:
roede, loot, rank, spruit, dunne stengel, takje, tiend,...
familielid, kind, spruit, nageslacht, nakomeling,...
spruit
steek, scheut, spruit, uitspruitsel, lot, ketting,...
spruit, spikkel, glimp, waterloopje, vonk, sprieteling,...
familielid, kind, spruit, nageslacht, telg, nakomeling,...
spruit
bloedverwant, kind, loot, spruit, nageslacht, telg,...
familielid, spruit, nageslacht, zoonsdochter,...
uitloper, scheut, bot, loot, spruit, opslag, tak,...
voedsel, flageolet, wortelen, knol, spruit, peul, lof,...
scheut, loot, rank, spruit, poot, ent, rijs, stek,...
vogel, spruit, gijk, rondhout, halm, sprit, spiritus,...
gording, zeel, hals, gei, bras, greling, spruit, val,...
scheut, loot, spruit, poot, ent, lot, stek
spruit, schoot, scheut, stek
volgende
volgende