wazig

vaag, mistig, bewolkt, nevelig, onduidelijk, wazig,...

aangeschoten, dronken, bedwelmd, beschonken, teut,...

niet aanwezig, uit, weg, absent, mankerend, wezenloos,...

zorgeloos, abstract, absent, afwezig, sporadisch,...

koud, lauw, slap, mat, plat, misselijk, lui, maf, loom,...

ijdel, onbelangrijk, hol, onbeduidend, leeg, flauw,...

zwoel, vuil, last, wanorde, onscherp, onduidelijk,...

hyalien, glasachtig, strak, wezenloos, strak,...

vrij, ijl, laag, op, verlaten, blind, lens, loos, voos,...

nietszeggend, wazig, effen, glazig, leeg, wezenloos

vaag, onzeker, vaaglijk, flauw, wazig, mistig,...

dom, afwezig, simpel, suf, zonder realiteit,...