figuur, uiterlijk, gestalte, schijn, maaksel, postuur,...

gezicht, fysionomie, aangezicht, bakkes, uiterlijk,...

pijn, smart, duren, laboreren, houden van, souffreren,...

basis, gehalte, peil, rang, level, waterspiegel,...

zinken, vergaan, toelaten, lijden, herstellen,...

pakken, wegnemen, kapen, roven, jatten, haarklieven,...

vat, reputatie, greep, effect, ontzag, overwicht,...

plaats, stand, rang, hoedanigheid, positie,...

opnemen, aanvaarden, dulden, admitteren, goedkeuren,...

dulden, aanzien, doorstaan, lijden, ondergaan, pikken,...

figuur, individu, grondvorm, kenmerkende eigenschap,...

dazen, lijden, dragen, uitsteken, dulden, verduren,...

lijden, dulden, uitstaan, aanzien, accepteren,...

ontbinding, opheffing, elevatie, hoogte, aanzien, edel,...

optrede, welving, reliëf, grootheid, knobbel, hoogheid,...

menen, achterdocht, denken, idee, mening, raden,...